maandag 27 april 2015

Volgende verdiepding: werken in de wolken

Tsjaa, beste blogvolgers,



Dat is tegenwoordig een door de overheid zeer gestimuleerde rage: werken in de cloud. Het betekent dat je eigenlijk ook thuis je werk kunt doen. Ik heb er zelf bedenkingen bij. Daarom mijn keus voor deze foto met veel tamelijk duistere wolken. Ik heb hem 6 jaar geleden gemaakt ergens noordoostelijk van Leeuwarden, tussen de weilanden.
Technisch zal het allemaal prachtig kunnen en zal het voor veel gemak zorgen. Maar ik blijf mijn bedenkingen houden. Het gaat er bij het werken in de cloud om dat allerlei administratief werk dat tot nu toe altijd op een werkplek achter een pc werd gedaan, thuis gebeurt. Daarvoor moet je wel een internetverbinding naar de hoofdcomputer op je werk hebben, zodat je vervolgens vanuit je huis bij je werkbestanden kunt komen en zodoende vanuit je werkkamer thuis in de veelgenoemde cloud kunt werken. In andere gevallen: waar je bestanden precies staan, is niet bekend, schijnt zelfs niet eens belangrijk te zijn. Maar het feit dat je dus thuis aan het werk kunt, is de belangrijkste mogelijkheid. De voordelen zijn voor administratief personeel duidelijk: ze hoeven niet meer van hun huis naar hun werk, hebben daardoor geen last van files, en ze hebben ook geen brandstofkosten en zijn dus ook geen tijd aan transport kwijt. Maar ik zie juist een nadeel: de contacten met collega's raken verwaterd of verbroken. Overleg met collega's wordt steeds meer een afstandelijk gebeuren. Ook al is het tegenwoordig mogelijk om een teleconferentie of televergadering te organiseren. Toch zul je die echt nabije contacten na verloop missen. Vooral de informele.
Daarnaast is er nog een reden waarom het voor mij totaal niet praktisch is: mijn werkzaamheden zijn nog steeds zeer materieel. Dat wil zeggen: ik werk nog altijd heel concreet met de boeken, die ik moet uitlenen en na verloop van tijd weer innemen en opruimen. En die concrete boeken staan nog altijd in een even concreet magazijn. En voor de chauffeurs die op de expeditiebussen werken, geldt het zelfde. Zij brengen de boeken van bibliotheek naar bibliotheek. Die boeken hebben nog altijd geen pootjes gekregen zodat ze nog steeds niet zelf op eigen kracht naar de bibliotheek kunnen lopen. Ze moeten nog steeds per expeditiebus van bibliotheek naar bibliotheek worden vervoerd.

Een andere kwestie die tijdens de cursus-ochtend annex discussie enigszins aan de orde kwam, is het gespioneer door verschillende spionagediensten, zoals onder andere de NSA in de Verenigde Staten van Amerika. In hun ogen ben je blijkbaar bij voorbaat al verdacht. Er hoeft nog helemaal geen verdenking te zijn. Maar je wordt al in de gaten gehouden, ook als je niks te verbergen hebt. En als ze zoeken, vinden ze ongetwijfeld altijd wel iets wat ze vervolgens uit hun verband rukken, verkeerd interpreteren en als reden hanteren om je toch te arresteren. En leg dan maar eens uit dat de kwestie heel anders is, dan zij denken. Er is dan al een tunnelvisie ontstaan, die zich niet meer laat corrigeren.


Een ander punt van kritiek is deze: wat als er een storing is opgetreden waardoor je niet meer bij je bestanden in de cloud kunt? Dan is het toch handiger als je je bestanden op je eigen harde schijf  of USB-stick hebt staan.

Ik herinner me een boek uit 1996, waarin een soort intranet annex cloud werd beschreven. Titel van dat boek luidde in het Engels: Mount Dragon; in het Nederlands luidde die: Virus. De auteurs waren Douglas Preston en Lincoln Child. Het verhaal speelde zich af in een laboratorium dat ver van de bewoonde wereld was gebouwd, ergens voorbij een woestijn, en waar in het diepste geheim een vaccin tegen een griepvirus werd ontwikkeld. In dat hele complex mochten de medewerkers en laboranten geen pen en papier meer gebruiken voor notities, alleen nog een soort ipad. Daarin moesten ze alle lab-resultaten in invoeren, en notities maken, evenals eventuele gedachtenspinsels. Dat maakte het makkelijk voor de baas van het lab om iedereen in de gaten te houden. Die auteurs hadden het al vroeg bedacht. Maar omdat het boek uit 1996 is, is het nu in 2015 helaas in geen enkele openbare bibliotheek meer aanwezig.

zondag 12 april 2015

leestip en wandeltip: gidsjes voor Leeuwarden

Hallo ge-interesseerde blogvolgers,

Waarschijnlijk kent u het verschijnsel wel: uw eigen stad kent u goed, daarom toont u daar vaak weinig interesse voor. Althans, u denkt uw eigen stad te kennen. Vaak valt dat toch wel tegen, als een echte kenner u over uw eigen stad zou doorzagen. Maar als u op uw vakantie naar een ander land of andere stad gaat, dan bekijkt u zo'n andere stad juist veel beter en toont u dan juist meer belangstelling voor de plaatselijke cultuur en geschiedenis daar, dan u hier thuis in uw eigen stad zou doen.

Toch is het goed om ook belangstelling voor uw eigen stad (waar u vaak al tientallen jaren woont en werkt) op te brengen. Op de foto hieronder ziet u 7 gidsjes voor een mooie en informatieve wandeling in Leeuwarden. Er zijn ondertussen al circa 9 of meer gidsjes uitgegeven. U kunt ze kopen in de winkel in het HCL (= Historisch Centrum Leeuwarden) te vinden op het adres Groeneweg 1 te Leeuwarden, of bij Boekhandel Van der Velde, gevestigd aan de stille kant van de Nieuwstad.


Zoals u op de foto ziet, heb ik bij het HCL en Boekhandel Van der Velde de afgelopen paar jaar 7 gidsjes gekocht. Ze gaan meestal over een bepaalde wijk, zoals de Vosseparkwijk, of het centrum van Leeuwarden, de Oldehove, of de voormalige Joodse buurt. Of ze zijn gewijd aan bepaalde thema's, zoals Leeuwarden in de Gouden Eeuw (waar in 2014 een tentoonstelling in het HCL aan was gewijd), of over de stadhouderlijke familie Nassau, of over de binnenvaart met de oude schepen die langs de Willemskade liggen). Helemaal rechts onderaan ligt geen gids maar een oude folder van het HCL, met daarin informatie over het gemeente-archief, voor ge-interesseerde stamboomonderzoekers en andere bezoekers. Vandaar het licht afwijkende formaat.

Het deeltje over de Nassaus (het derde boekje links onderaan) is nu in 2015 extra interessant, want recentelijk is het Marijke Meu-jaar in Leeuwarden ge-opend. Dat was gebeurd op 9 april 2015 aan de oostelijke rand van het Oldehoofster Kerkhof door de bekende kenner van vorstenhuizen Bearn Bilker. Maria Louise van Hessen-Kassel (1688-1765) was in 1709 gehuwd met Johan Willem Friso (1687-1711). In Friesland kreeg ze van de Friese bevolking de bijnaam Marijke Meu, of op zijn Fries: Marijke Muoi. Ze overleed in 1765 (nu 250 jaar geleden) te Leeuwarden. Ze werd begraven in de stadhouderlijke grafkelder in de Grote of Jacobijner Kerk in het centrum van Leeuwarden. Over die kerk heeft de heer Bernhard van Haersma Buma (geb. 1932) een handzaam en informatief boekje geschreven: De Grote of Jacobijner kerk te Leeuwarden, uitgegeven in 2008. Inderdaad, hij is de vader van Sybrand (geb. 1965), de huidige fractievoorzitter van het CDA in de Tweede Kamer. Maar dat is een heel ander verhaal.
Ondertussen in 1747: Maria Louise van Hessen-Kassel was de moeder van de latere stadhouder Willem IV die in 1747 stadhouder van de hele Republiek werd. Daarom vertrok haar zoon in dat jaar naar Den Haag en bleef zij alleen achter in Leeuwarden. Zij woonde tot haar dood in 1765 in het Princessehof (wat nu het keramiekmuseum het Princessehof aan de Grote Kerkstraat is).
Vanwege dit jubileum zijn er in 2015 diverse tentoonstellingen in verschillende museums aan haar gewijd. Tevens zullen er diverse activiteiten plaatsvinden binnen het kader van het Marijke Meu-jaar. Meer hierover vindt u op de internetsite www.marialouise2015.nl .

Hopelijk zullen deze wandelgidsjes tot een interessante en informatieve kennismaking leiden met de oude stad Leeuwarden.

woensdag 8 april 2015

Verdiepdingen les 4: Pinterest

Hallo blogvolgers,

Jazeker, ik sla nog steeds een paar lessen over. De vierde les van de Verdiepdingen ging over Pinterest. Ondanks de naam heeft het totaal niets te maken met pinnen en pinbetalingen, zoals wij dat in Nederland gewend zijn. Het is iets totaal anders: een soort digitaal prikbord. Het is bedacht en ontwikkeld in december 2009, nadat Hyves gestopt was. Of het volledig het zelfde was, weet ik niet, maar blijkbaar waren beide social media ongeveer van het zelfde soort. Het is ook ongeveer vergelijkbaar met Facebook en Twitter.
Pinterest is dus een soort persoonlijk prikbord waar je allerlei mooie foto's, filmpjes of doorkliklinks naar interessante sites op kunt vermelden; of anders gezegd: op je persoonlijke prikbord kunt vastprikken.  Met een speld, of op zijn Engels: with a pin. Een virtuele pin, wel te verstaan. Dan snapt u nu waar de naam vandaan komt.

Als ik me daarmee zou bezighouden, dan zou ik gelijk mijn prikbord vullen met foto's van Rotterdam. Begrijpelijk, zouden mijn collega's zeggen, want ik ben daar geboren. Maar dat zult u ongetwijfeld de afgelopen jaren regelmatig hebben gemerkt aan de verschillende blogberichten over Rotterdam op mijn blog. Daarom zie ik voor mezelf geen reden om met Pinterest aan de slag te gaan. Ik kan mijn verhaal, ge-illustreerd met mijn eigen foto's al op mijn blog kwijt. Daarnaast vind ik het om nog een reden niet geheel voldoende; ik zou op Pinterest namelijk onvoldoende historische feiten of wetenswaardigheden of diepgang kunnen toevoegen. Een voorbeeld:


Wat te denken van deze weinig kleurrijke foto van een oprit van een brug vol auto's? U ziet er niets interessants op? Dat is waar. Maar toch kan ik er juist wel een interessant verhaal aan vastknopen. De foto zelf heb ik gemaakt in oktober 2014 vanuit een rijdende auto (die van mijn broer, die in Rotterdam woont). U kijkt hier uit op de noordelijke oprit van de Brienenoordbrug uit. De eerste Brienenoordbrug werd voltooid en in gebruik genomen in februari 1965. Daarmee is deze brug nu (in 2015) precies 50 jaar oud. Daar is in februari 2015 door Omroep Rijnmond de nodige aandacht aan besteed. In 1971 begon de brug al een knelpunt te worden wat gepaard ging met dagelijkse files. De brug werd zelfs een nationaal fileknooppunt en stond dagelijks op nummer 1 van de lijst files. Daarom werd er in februari 1989 een tweede brug er naast gezet. Sindsdien zijn de files rond de Brienenoordbrug opgelost en komt de Brienenoordbrug niet meer in de verkeersberichten bij de filemeldingen voor. Op de foto is de linker boogbrug de oude brug uit 1965, en de rechter boogbrug de nieuwe helft, die er in februari 1989 naast gezet is. Als u goed kijkt, ziet u dat die rechter boogbrug ook een stukje breder is. Dat was duidelijk noodzakelijk; zeker als u ziet hoe veel druk verkeer er tegenwoordig dagelijks overheen gaat. Dat is ook op deze foto te zien.

Daarom vraag ik mij af wat ik persoonlijk aan Pinterest zou hebben. Bovendien schijnt Pinterest voor circa 80 % door vrouwen te worden gebruikt. Maar voor een bibliotheek kan het beslist handig zijn: om bezoekers van de site op nieuwe boeken te wijzen, of hun aandacht te vestigen op interessante culturele of historische tentoonstellingen in een museum in de buurt, of om op actuele gebeurtenissen in te haken, zoals de opening van de Haak om Leeuwarden, of andere bouwprojecten, of gebeurtenissen elders in de wereld, zoals in het Midden-Oosten, of Oekraine, of herdenkingen (straks in mei!) en tegelijk enige aanvullende (historische) achtergrondinformatie (bereikbaar via doorkliklinks op zo'n prikbord / Pinterest) te verstrekken. Of de Bibiliotheekservice Fryslan (waar ik werk) er iets aan kan hebben? Die zal zich meer richten op onderwerpen en kwesties die specifiek met het bibliotheekvak of het boekenvak te maken hebben, bedoeld voor de bibliotheken in de steden en dorpen van de provincie Friesland, ehh Fryslan.

zaterdag 4 april 2015

Vervolgcursus 23 dingen : Verdiepdingen

Hallo ge-interesseerde bloglezers,

Zoals ik al eerder meldde in mijn blogbericht van 26 december 2014, getiteld: Vergeten 2 jubileums te memoreren, ben ik in november 2009 begonnen met mijn huidige blog. Dat was een gevolg van de cursus 23dingen die ik toendertijd op mijn werk heb gevolgd. Die cursus was bedoeld om bibliotheekpersoneel bekend en vertrouwd te maken met de nieuwste ontwikkelingen op het gebied van computers, internet en social media. De ontwikkelingen hebben sindsdien niet stilgestaan. Er zijn nadien een aantal zaken verdwenen en een aantal nieuwe zaken tot ontwikkeling gekomen. Met de vervolgcursus Verdiepdingen leren we over die nieuwe ontwikkelingen op het gebied van internet, social media, maar ook op het terrein van o.a. informatie opsporen op internet, bundelen, en trefwoorden toekennen.

Ik sla les 1 nu even over en begin met les 2. Dat ging over Instagram. Dat is een app (afkorting voor applicatie) voor op je mobiele telefoon of smartphone, waarmee je foto's (die je met je cameraatje op je smartphone hebt gemaakt) kunt bewerken en delen met (lees: doormailen naar) andere ge-interesseerden.
Nou fotografeer ik nog steeds ouderwets sinds 2006 met een (toch wel moderne) digitale camera. En dat bevalt me nog altijd prima. Daarom heb ik waarschijnlijk niets aan Instagram. En even waarschijnlijk is Instagram dan ook meer iets voor jongelui die net beginnen met fotograferen met hun mobieltje of smartphone, en daarnaast graag vreselijk sociaal zijn en ook zo graag uit stappen of feesten gaan en dan ter plekke foto's van zichzelf of elkaar maken met hun mobiele telefoon of smartphone en dat rondmailen. Voor iemand als ik is dat dus totaal oninteressant. Ik stel toch wat andere en hogere eisen aan een camera en aan een foto. En daar hoort vreselijk sociaal doen niet bij. Ook niet met een mobieltje.

Overigens: Informatie over Instagram is ook te vinden in de Wikipedia. En dan kun je ook nog via de taal-kolom aan de linkerkant van het scherm op taal (Engels, Duits, Frans, of een andere taal) doorklikken en ook informatie lezen in andere talen, lang niet altijd de vertaling, maar vaak wel meer informatie. En daarnaast kun je ook doorklikken op de blauwgekleurde trefwoorden op zo'n Wikipedia-pagina. En je kunt ook doorklikken naar externe links die op zo'n Wikipedia-pagina onderaan staan naar sites waar nog meer informatie te vinden is. Bijvoorbeeld naar de site van Instagram zelf.

Hieronder ziet u twee foto's. De eerste is die van een fraaie oranje bloem (gemaakt in december 2003). De andere is die van een houten beschoeiing in het buitendijkse land bij Zwarte Haan (gemaakt in oktober 2002). Die tweede foto heb ik enigszins bewerkt (in Paint Shop Pro) met een digitale versie van een soft-focus-filter. Overigens heb ik deze twee foto's gemaakt in mijn analoge tijdperk (dus voor 2006). Indertijd kon ik ze bij de fotograaf niet alleen laten ontwikkelen en afdrukken, maar ook tegelijk laten inscannen en op CD laten branden.Vandaar dat ik er nu een digitale versie van beide foto's kan laten zien. En zo ziet u maar weer, je hoeft niet zo supermodern bezig te zijn om toch mooie en fraai bewerkte foto's te tonen. En ze doormailen naar vrienden hoeft voor mij ook niet via Instagram. Dat kan ook per e-mailbericht. En het wordt helemaal leuk als je zulke foto's niet alleen maar voor de aardigheid rondmailt, maar ze ook gebruikt als bij voorbeeld een digitale verjaardagskaart.



Overigens schijnt het al weer bergafwaarts te gaan met Instagram omdat het in 2012 is opgekocht door Facebook. Zo snel kunnen ontwikkelingen gaan in de computerbranche. Facebook hanteert nogal opdringerige regels waarbij ze jouw foto's kunnen pikken om die voor eigen doeleinden te gebruiken zonder jou ook maar een cent copyright te gunnen. Voor een commerciele onderneming is het negeren van dat copyright en er zelf grof aan verdienen, niet erg netjes. Iets wat zeer veel mensen niet waarderen. Vandaar dat er veel gedonder mee is. En vandaar dat het waarschijnlijk snel minder wordt met Instagram. Net zoals met veel social media. Copyright-kwesties komen later bij deze vervolgcursus ook aan bod.


Hoewel?  Op dinsdag 31 maart 2015 stond de bovenstaande foto in diverse landelijke kranten - onder andere in de Metro - van een 4-jarig Syrisch meisje in een vluchtelingenkamp in Turkije. Ze was - nadat haar vader in 2012 in Hama was doodgeschoten - met haar moeder en zusjes naar Turkije gevlucht. Volgens de begeleidende tekst stak ze niet uit vreugde haar handjes omhoog, maar uit angst voor de man met de camera. Ze dacht dat de camera een geweer was. Vandaar dat het kleine meisje zo bang in de camera keek, met haar handjes boven haar hoofdje. Direct nadat de journalist die foto had gemaakt, had hij die op Instagram (!) gezet waarna de foto de hele wereld is rondgegaan. Waarin zo'n rondzenddienst voor foto's toch een zeker voordeel blijkt te hebben.