donderdag 26 december 2013

De laatste 2 dagen in Rotterdam

Hallo bloglezers,

Ik had nog meer te vertellen over mijn korte weekje in Rotterdam eind november 2013. Op de een a laatste dag heb ik een hele zwerftocht door de stad gemaakt. Eerst reed ik met de tram naar het metrostation Maashaven en vervolgens reed ik verder met de metro naar de noordoever. Alleen stapte ik voor het eerst niet uit op het metrostation Rotterdam CS maar bleef zitten tot aan het nieuwe en 18 meter diep liggende metrostation Blijdorp. Daarmee is dit het metrostation dat het diepst ligt van alle metrostations in Rotterdam. Dit station ligt aan een nieuwe metrolijn die in 2010 werd geopend en sindsdien helemaal doorloopt tot aan Den Haag CS en daarom Randstadrail heet. Op dat metrostation Blijdorp (dat nog een flink end lopen is naar de diergaarde met dezelfde naam) heb ik vanaf het perron de eerste foto gemaakt. Aan het eind ziet u de geboorde tunnel die nog dieper gaat dan dit station onder de grond ligt. Om naar boven te gaan, moet je - vanwege de grote diepte -  3 trappen naar boven nemen, in plaats van 2 trappen zoals op het oudste traject van de Rotterdamse metro (dat loopt van Rotterdam CS naar Zuidplein).



Ik stapte uit en liep eerst in noordelijke richting langs de Statenweg. De zeer brede middenberm is een groot plantsoen met halverwege een kinderspeelplaats op een verhoging. Daar maakte ik foto 2. Op de voorgrond ziet u het informatiebord over het Keezending uit 1787. Die eerder genoemde (kleine) verhoging is daar expres zo aangebracht, want daar op die plek heeft in 1787 het Keezending gestaan. Dat was een stoomgemaal (de eerste in Nederland!) bedoeld om de laaggelegen polder Blijdorp droog te malen. Omdat de stoommachine (gekocht bij de machinefabriek van James Watt in Engeland) en het gebouw gefinancierd was door patriotten (die als bijnaam Kezen - naar de keeshonden - hadden) uit Rotterdam, heette het gemaal in de volksmond ook Keezending. Het stoomgemaal heeft maar een paar jaar gefunctioneerd. In 1791 werd het al ontmanteld en in 1800 werd het afgebroken. In 2004 werden de fundamenten teruggevonden en onderzocht door archeologen. Daarna werden ze verwijderd in verband met de aanleg van de nieuwe metrolijn.



Daarna liep ik de Statenweg af in zuidelijk richting. Na enig zoeken vond ik de flatwoning op de eerste verdieping (te zien op foto 3) waar het Nederlandse leger van de sector Rotterdam zijn hoofdkwartier had en waar op 14 mei 1940 het Duitse ultimatum door 3 Duitse officieren aan de stadscommandant kolonel P.W. Scharroo (1883-1963) werd overhandigd. Die wees het af omdat het niet correct was ondertekend door de Duitse generaal, die zich met zijn manschappen had verschanst op de zuidoever en op het Noordereiland. Scharroo vond het maar een vaag vodje dat zomaar van iedereen afkomstig kon zijn. Daarom stuurde hij  zijn ondergeschikte kapitein Backer met een witte vlag als parlementair naar het Duitse hoofdkwartier op het Noordereiland, met het verzoek om een nieuw en correct uitgeschreven en ondertekend ultimatum. Toen kapitein Backer aankwam bij de Duitsers op het Noordereiland, reageerde general Schmidt ge-ergerd vanwege de paragrafenruiterij van die Hollandse commandanten, maar schreef toch maar een nieuw en correct uitgeschreven en ondertekend ultimatum en gaf dat mee terug aan kapitein Backer. Die keerde met zijn witte vlag via de Maasbrug terug naar de noordoever, maar halverwege zag hij tot zijn groeiende verbijstering een geschwader Heinkel-111-bommenwerpers komen aanvliegen die bommen uitstrooide over de stad. Vervolgens deed hij er uren over om weer bij het Nederlandse hoofdkwartier aan de Statenweg te komen omdat hij zich dwars door de ruines van de brandende stad moest heen werken. Daar aangekomen, overhandigde hij het nieuwe ultimatum dat deze keer direct door Scharroo werd aangenomen. Scharroo droop daarna af omdat hij de spanningen niet langer meer aankon. Vervolgens moest kapitein Backer met het antwoord van Scharroo weer terug naar de Duitsers. En ook dat duurde uren. Onderwijl steeg in Duitsland het geschwader bommenwerpers opnieuw op voor een tweede bombardement op Rotterdam, want Goering maakte zich kwaad omdat die Hollandse kaaskoppen maar niet opschoten met zich over te geven. Hij wist niet dat het Nederlandse leger helemaal niet beschikte over moderne communicatie-apparatuur. Binnen het Duitse leger was dat allang ingevoerd. Kapitein Backer overhandigde net op tijd het antwoord op het Duitse ultimatum aan generaal Schmidt. Onderwijl naderde het geschwader voor de tweede keer Rotterdam. General Schmidt hoorde het sinistere gebrom van de motoren van de naderende bommenwerpers. Daarop gaf hij snel de opdracht om per radio het bombardement af te gelasten vanwege de overgave van het Nederlandse leger, en omdat de noordoever al bezet was. En dat terwijl de Duitse soldaten nog de Maasbrug over moesten om het brandende centrum van Rotterdam nog te gaan bezetten. Daarmee werd een tweede bombardement op Rotterdam op het nippertje voorkomen. Tegenover de ingang van de portiekflat met nummer 147 staat een monumentje, bestaande uit een steenplaat met tekst, omringd door een lage heg en wat struiken. Dat ziet u op foto 4. Op de achterrond ziet u de auto's over de Statenweg voorbijrijden. Zo ziet u maar weer: de oorlog is in Rotterdam nooit ver weg.
Trouwe volgers van mijn blog weten dat ik al vaker heb geblogd over de mei-oorlog in 1940, onder andere op 13 mei 2013 onder de titel: Herdenking bombardement op Rotterdam, met internettip. En ook op 13 mei 2012 onder de titel: Gedenk de strijd om de Maasbruggen in Rotterdam in mei 1940.
Nadat ik foto's van de flat en het monument had gemaakt, liep ik terug naar het metrostation Blijdorp en reed terug naar het stadscentrum.



Op het metrostation Beurs stapte ik uit en maakte van daar een wandeling langs de Coolsingel, de Lijnbaan en de Oude Binnenweg. Daarna stak ik het Eendrachtsplein over en wandelde langs het Museum Boymans van Beuningen het Museumpark in. Daar heb ik foto 5 gemaakt. Daarop ziet u het fraaie gebouw van Museum Boymans van Beuningen uit 1935 vanuit de rozentuin. Het gebouw is de schepping van de toenmalige museumdirecteur Dirk Hannema, over wie ik eerder heb geblogd op 26 augustus 2011 onder de titel: Museum de Fundatie in Zwolle, en opnieuw op 18 mei 2012 onder de titel: Kasteel Nijenhuis bij Heino. Daarna liep ik het Museumpark door naar de Westzeedijk. Daar staat het Natuurhistorisch Museum, naast de Kunsthal (waar je maar beter geen kunstwerken kunt tentoonstellen omdat ze anders zo makkelijk kunnen worden gestolen, zoals in 2013 is gebleken). Die panden kunt u zien op foto 6.
Het Natuurhistorisch Museum is een interessant museum met een expositie over biologie en geologie, met veel opgezette dieren en een grote verzameling skeletten van allerlei dieren uit de gehele wereld, waaronder dat van een olifant, een giraffe en een struisvogel. Dat kan makkelijk in Rotterdam, met een dierentuin vlakbij in de wijk Blijdorp. Curieus is de vitrine met opgezette dieren waar een zeer apart verhaal aan vast zit. Hier staat bijvoorbeeld de in Leeuwarden bekende dominomus. In november 2005 wilde men in Leeuwarden een record vestigen door zoveel mogelijk dominosteentjes om te laten vallen. Helaas vloog er voortijdig een mus de Friesland Hal (tegenwoordig Friesland Expo Center geheten) binnen en liet een aantal dominosteentjes voortijdig omvallen. Om te voorkomen dat die mus nog meer dominosteentjes zou laten omvallen is er een jager ingeschakeld die het musje heeft doodgeschoten. Nadien werd de schutter door natuurfanaten bedreigd en werd de conservator van het Natuurhistorisch Museum in Rotterdam, de heer Cees Moeliker, blij gemaakt met deze dooie mus. Hij heeft het beestje laten opzetten en nu staat het in een vitrine te pronk, tesamen met andere dieren met een apart verhaal, waaronder de dode eend die zich op 5 juni 1995 doodvloog tegen een enorm groot raam aan de achterkant van het museum en vervolgens door een andere eend meer dan een uur lang werd verkracht. Moeliker had alle tijd om er foto's van te maken. Het was het eerste en tot nu toe enige geval van necrofiele homosex onder eenden. Nadien schreef Moeliker er een verslag over dat aanvankelijk de lachers op de hand kreeg en waarvoor hij de lg-nobelprijs heeft gekregen voor het meest belachelijke wetenschappelijke verslag. Hoewel?




Op de laatste dag ging ik naar de Railz Miniworld. Dat is gevestigd op de begane grond in een flatgebouw aan het Weena, op loopafstand van het Centraal Station van Rotterdam. Het werd geopend op 30 maart 2007. Daar is een enorme maquette gemaakt met allerlei bekende gebouwen in Rotterdam, havens met schepen en kranen, industrieterreinen, waar wegen en spoorlijnen door heen lopen en waar dus veel treintjes overheen rijden. Niet alleen treintjes maar ook trams en metro's, en zelfs een TGV. Zeg maar: een Rotterdams soort Madurodam, maar dan overdekt. Kortom hartstikke leuk voor kinderen en voor mannen die nog steeds graag met treintjes willen spelen, en natuurlijk ook voor Rotterdammers. Want er staan veel gebouwen en bruggen uit de Rotterdamse binnenstad. Zo ziet u op foto 7 op de voorgrond de bruggen over de Koningshaven met rechts het Noordereiland en links Rotterdam-zuid en in de verte de bekende nieuwe Erasmusbrug en daarachter het bekende HAL-schip de Nieuw-Amsterdam aan de Wilhelminakade. En op foto 8 ziet u het Rotterdamse gemeentehuis aan de Coolsingel, vlak bij de rotonde rond het Hofplein, met daarachter het oudste spoorwegstation van Rotterdam uit 1847. Daar weer achter ziet u verscheidene gebouwen bij elkaar staan die door het bombardement van mei 1940 verloren zijn gegaan, zoals de Delftse Poort, cafe Loos (het halfronde gebouw met de roze ronde luifels), het oude Hofpleinstation en het grand cafe de Kroon. Zelfs hier in de Miniworld is de oorlog niet ver weg.
Daarnaast wordt het om de 24 minuten donker en zie je in alle woningen en kantoren de lichtjes aangaan, zoals u kunt zien op foto 9. Zelfs dag en nacht wisselen zich hier af, wat de Miniworld helemaal tot een spektakel maakt. Op deze foto ziet u het nieuwste spoorwegstation van Rotterdam met links ernaast het Groothandelsgebouw uit 1952. Dat was het eerste pand dat na de oorlog in Rotterdam werd gebouwd. Het was tevens het grootste bouwwerk in Nederland, waar alle bedrijven terecht konden die in mei 1940 hun kantoorruimte waren kwijtgeraakt als gevolg van het bombardement.
Na afloop maakte ik een wandeling dwars door de binnenstad, het schouwburgplein en de Lijnbaan naar de Coolsingel. Daar stapte ik op de tram terug naar huis.
De dag daarna keerde ik per trein terug naar Leeuwarden.