woensdag 4 september 2013

Opnieuw Utrecht: tentoonstelling over de Vrede van Utrecht in 1713

Hallo ge-intereseerde bloglezers,

Inderdaad, een paar weken later in augustus ging ik weer naar Utrecht. Deze keer bezocht ik het Centraal Museum. Dat is gevestigd in het voormalige Agnietenklooster, een enorm gebouwencomplex bestaande uit verschillende vleugels die met gangen en trappenhuizen met elkaar verbonden zijn, en dat gesitueerd is aan de zuidkant van het historische stadscentrum, naast de Sint Nicolaaskerk. Daar wordt tot 22 september 2013 de tentoonstelling over de Vrede van Utrecht gehouden, die dit jaar precies 300 jaar geleden is getekend. Op dit vredesverdrag sloeg het grote fotodoek dat aan de voorgevel van het stadhuis van Utrecht hangt, waarvan ik in mijn vorige blogbericht van 20 augustus 2013 (hier direct onder dit blogbericht) een foto had geplaatst. En daar slaat ook het monumentje op, bestaande uit twee gekruiste zwaarden, dat u op hier foto 1 ziet.
Na aankomst op het Centraal Station wandelde ik direct naar het Centraal Museum. Het stadscentrum van Utrecht begint vertrouwd voor me te worden.


Eerst even wat uitleg over de Spaanse Successie-oorlog die begon in 1701 en eindigde met de Vrede van Utrecht in 1713. Eigenlijk was het een grote familieruzie tussen de belangrijkste vorstenhuizen van Europa en lagen de redenen voor dit conflict al ver voor 1701. In Spanje regeerde koning Carlos II (1661-1700). Hij had geen kinderen en geestelijk en lichamelijk mankeerde er ook het een en ander aan hem. De grote vraag die in Europa iedereen in de ban hield was: wie volgt hem op na zijn overlijden? Er waren twee kandidaten: kleinzoon Philips (1683-1746) van de oorlogszuchtige koning Lodewijk XIV (1643-1715) van Frankrijk die getrouwd was met een zus van Carlos II, en de tweede zoon Karel (1685-1740) van de Duitse keizer Leopold I (1643-1705) die getrouwd was met een andere zus van Carlos II. Beiden konden terecht de Spaanse troon claimen, maar daarmee was wel het conflict geboren. Vandaar mijn eerdere opmerking, dat de hele Spaanse successie-oorlog eigenlijk een familieruzie betrof. Daarom werd er door de internationale diplomaten een ander compromis bedacht: het zoontje Jozef Ferdinand (1692-1699) van de koning van Beieren werd als kandidaat naar voren geschoven. Zo waren de diplomaten bezig met een soort schaakspel, waarbij ze met van alles rekening hielden. Behalve met Magere Hein.  Het zoontje van de Beierse koning overleed, waardoor het compromis wegviel. Kort daarna overleed koning Carlos II van Spanje. Zijn testament werd voorgelezen, waaruit bleek dat het hele Spaanse rijk naar Philips (de kleinzoon van Lodewijk XIV) ging. Daarop riep Lodewijk XIV uit: "er zijn geen Pyrenee-en meer", en stuurde zijn kleinzoon Philips met een groot Frans leger naar Spanje. Daarmee schond Lodewijk XIV een hele reeks internationale verdragen, en schoffeerde hij diverse Europese vorsten, waaronder onze stadhouder Willem III (1650-1702) die sinds de Glorious Revolution van 1688 tevens koning van Engeland was. Dat kwam omdat hij Protestants was, en omdat hij getrouwd was met Mary (1662-1694) de dochter van de Katholieke ex-koning van Engeland Jacobus II, die in 1688 van de troon was gestoten en naar Frankrijk was gevlucht. In 1672 (het Rampjaar) had stadhouder Willem III de Republiek gered van verovering door de toen ook al oorlogszuchtige koning Lodewijk XIV, en in 1690 versloeg hij zijn schoonvader en ex-koning Jacobus II in Ierland in de slag bij de Boyne die met hulp van Lodewijk XIV via Ierland probeerde terug te komen op de Engelse troon. Die door de Protestanten gewonnen veldslag wordt in Noord-Ierland nog steeds gevierd met de zeer provocerende Oranjemarsen van de huidige Protestanten door de Katholieke woonwijken.

Kunt u het nog volgen? Ziet u door de stambomen met al die namen en jaartallen het familiebos nog?

In 1701 Willem III smeedde deze keer een grote coalitie van Geallieerden (bestaande uit Engeland zelf, Holland, Pruissen, Oostenrijk en diverse kleine Duitse staatjes) die gezamenlijk ten strijde trokken tegen Frankrijk, in het bijzonder tegen Lodewijk XIV. Zelf overleed Willem III in 1702 door een val van zijn paard in de tuin van zijn Engelse paleis Hampton Court. Hij werd opgevolgd door zijn schoonzus Anna. Dat nam niet weg dat Engeland doorging met de oorlog. In 1702 belaagde een gezamenlijke Engels-Hollandse vloot de jaarlijkse Spaanse zilvervloot die de baai van Vigo (gelegen op de Spaanse noordkust) in vluchtte en daar werd vernietigd. Daarmee werd het zilver en goud uit de Spaanse kolonies in Zuid-Amerika, dat op de bodem van de baai van Vigo lag, onbereikbaar voor Lodewijk XIV. Dat zilver en goud komt zo'n 150 jaar later terug in een bekende roman van een bekende Franse auteur: 20.000 mijlen onder zee, van Jules Verne. Dan fungeert al dat goud en zilver als de prive-bank van de geheimzinnige kapitein Nemo. Maar dat terzijde. Vervolgens veroverde diezelfde Engels-Hollandse vloot in 1704 het bekende zuidelijke  rotspuntje Gibraltar. Op die manier kon de Franse macht over de toegang tot de Middellandse zee effectief worden gedwarsboomd.
Daarnaast werd er een groot Engels leger naar het continent gestuurd dat tegen de Franse vijand ten strijde trok. Zo werd er onder andere een grootschalige veldslag geleverd in het Duitse Rijk bij Blenheim in 1704. De Engelsen, onder bevel van de hertog van Marlborough wonnen. Als dank kreeg de hertog een paleis, dat sindsdien Blenheim Palace heet. De hertog van Marlborough heette John Churchill (1650-1722). Inderdaad: hij is de voorvader van die andere zeer bekende Brit: Winston Churchill. Die is in 1874 geboren en opgegroeid op Blenheim Palace en heeft dus veel verhalen over zijn beroemde voorvader gehoord wat hem waarschijnlijk heeft ge-inspireerd om ook "belangrijke daden" te verrichten. Zijn belevenissen in de Boerenoorlog rond 1900 in Zuid-Afrika zijn bekend. De blunder van Gallipoli in 1915 (tijdens de Eerste Wereldoorlog) ook, al is die hem beslist niet aan te rekenen. Maar hij is vooral beroemd geworden omdat hij Groot-Brittannië door de Tweede Wereldoorlog loodste.
Terug naar de Spaanse Successie-oorlog. Die sleepte zich maar voort van veldslag naar veldslag en er kwam maar geen definitieve overwinning in zicht. Uiteindelijk sloeg de oorlogsmoeheid toe bij de oorlogvoerende landen en kwam de wens naar vrede op. De keus voor de plaats voor vredesonderhandelingen viel op Utrecht omdat het als betrekkelijk neutraal gebied werd gezien. En zo kwam het dat in Utrecht de internationale delegaties aankwamen, maandenlang met elkaar onderhandelden en na meer dan een jaar een vredesverdrag bekokstoofden. Dat ze zich daarnaast in de nachtelijke uren ook vermaakten, schreef ik al in mijn vorige blogbericht hier direct onder, over mijn bezoek aan het Spoorwegmuseum in Utrecht van 20 aug 2013, getiteld: Naar het Spoorwegmuseum in Utrecht.


De tentoonstelling zelf was heel interessant, al vond ik dat sommige dingen een beetje summier werden belicht. Opmerkelijk vond ik dat er werd teruggegrepen naar de godsdiensttwisten die na Luthers 95 Stellingen uit 1517 in heel Europa waren ontstaan, zoals in het Duitse Rijk de Schmalkaldische oorlog van 1531 tot 1547 en die voorlopig met de Godsdienstvrede van Augsburg in 1555 werd be-eindigd, in Frankrijk van 1562 tot 1598 (de godsdienstoorlogen), in ons land van 1566 tot 1648 (de 80-jarige oorlog) en nogmaals in het Duitse Rijk van 1618 tot 1648 (de 30-jarige oorlog). In 1648 werden die laatste 2 oorlogen afgesloten met de vredes van Westfalen (resp. in Munster en Osnabruck). Blijkbaar was de godsdienstkwestie in 1648 een los eindje gebleken dat pas met de Vrede van Utrecht in 1713 definitief werd geregeld. Zelf heb ik de indruk dat de godsdienstkwestie sinds de 80-jarige en 30-jarige oorlogen vooral werd misbruikt door de verschillende koningen en keizers als machtsfactor, en niet meer ter zake deed als serieus ideologisch strijdpunt. Let ook maar eens op het feit dat de Protestantse koning-stadhouder Willem III naast diverse Protestantse landen ook Katholieke bondgenoten had; niet alleen de Duitse keizer Leopold, maar zelfs ook de paus!
Op de tentoonstelling waren natuurlijk heel wat schilderijen te zien, niet alleen van oorlogstaferelen, maar ook van de verschillende bekende personen uit die tijd, zoals onder andere van Lodewijk XIV, van onze koning-stadhouder Willem III, maar ook van andere koningen, legerleiders en diplomaten. Zo zijn op foto 3 hierboven van links naar rechts de portretten te zien van de legerleider prins Eugen von Savoye, de al eerder genoemde generaal John Churchill (1650-1722), en koningin Anna (1665-1714). Zij was de andere dochter van de in 1688 verdreven ex-koning Jacobus II. Zij volgde koning-stadhouder Willem III in 1702 in Engeland op. Ze was getrouwd met de Protestantse prins George van Denemarken (1653-1708). In Holland kwam er geen opvolger; daar begon het Tweede Stadhouderloze tijdperk.
Halverwege de tentoonstelling was er een kaart op een scherm te zien waarop het verloop van de al eerder gememoreerde grootschalige slag bij Blenheim werd getoond. Aan het eind van de tentoonstelling was op een hele reeks kaarten van Europa het eindresultaat van het vredesverdrag te zien. Daar was ook het vredesverdrag uit 1713 zelf te bekijken, wat te zien is op foto 3 hieronder. Overigens: Nederland werd afgescheept met de enclave Venlo, terwijl Oostenrijk bijna alle Spaanse gebieden in Italie kreeg toegewezen. Verder mocht Engeland Gibraltar plus een aantal Franse kolonies in Amerika en Azie houden; daarnaast eigende het zich een hele reeks handelsvoordelen toe. Frankrijk verloor (heel merkwaardig) in Europa zo goed als niets bij dit hele conflict, behalve een groot aantal kolonien in Amerika, Afrika en Azie aan Engeland. De echte verliezer was dus het machteloze Spanje. Een ander gevolg van deze oorlog was dat Holland een tweede-rangs-macht werd en dat Engeland (dat in 1707 door samenvoeging met Schotland uitgegroeid was tot Groot-Brittannië) toen pas echt opkwam als de nieuwe koloniale supermacht.
In 1715 overleed Lodewijk XIV en begon er een serieuze periode van vrede die duurde tot 1740, toen de Oostenrijkse Successie-oorlog uitbrak.


Nadat ik de tentoonstelling had bekeken, wandelde ik verder rond in de rest van het museum. Zo was er een afdeling te zien over archeologie. Logisch met zo'n oude stad die ontstond rond het castellum dat de Romeinen hadden gebouwd bij de oversteekplaats in de toenmalige rivier de Rijn 2000 jaar geleden. Een andere afdeling ging over mevrouw Maria Elisabeth Houtzager (1907-2001) die van 1951 tot 1972 directrice was geweest van het Centraal Museum. Weer een andere afdeling ging over de bekende Stijl-architect Gerrit Rietveld, wat logisch is omdat hij het Rietveld-Schroder-huis had ontworpen. Op die afdeling stonden een paar van zijn beroemde stoelen (die gezien hun hoekige vorm niet echt lekker zullen hebben gezeten).
Bij het Centraal Museum hoorde nog een dependance aan de overkant van de straat, gevestigd in het Dick Bruna-huis. Maar daar ben ik niet meer aan toegekomen. Het was toen al 5 uur.



Ik verliet het Centraal Museum en maakte een wandeltocht door Utrecht. Zo vond ik in een park niet ver van het Centraal Museum het bastion Sonnenborgh, waar het museum met dezelfde naam annex sterrenwacht staat. Op foto 4 ziet u het bastion Sonnenborgh van onderaf. Halverwege de helling is de zon te zien waar het bastion naar vernoemd is en boven is nog net een koepel te zien waaronder een  oude sterrenkijker staat opgesteld. Daar wil ik een andere keer naar toe. In dit gebouwencomplex was in 1854 het KNMI begonnen dat sinds 1897 in De Bildt zit.
Halverwege mijn wandeling naar de Domtoren vond ik bij toeval een pand waar de bekende natuurkundige Conrad Rontgen (1845-1923) een poos heeft gewoond tijdens zijn studie. Hij was de ontdekker van de Röntgenstraling in 1895. Dat pand ziet u op foto 5. In de zijgevel van het pand is een tegeltableau met zijn portret te zien. Het was de woning van de scheikundeleraar J.W. Gunning bij wie Rontgen als student inwoonde van 1863 tot 1865.
Bij de domtoren waren heel wat restaurants. Daar streek ik neer en bestelde een maaltijd voor mezelf. Nadat ik die op had en afgerekend had, wandelde ik via een andere route als een paar weken terug, naar het NS-station. Onderweg zag ik in de verte de top van het vroegere NS-kantoor. Vanwege de vorm staat het bekend als de Inktpot. Vlakbij de top was een reusachtige vliegende schotel te zien. Waren daar buitenaardse wezens geland? Ik maakte er een foto van (dat is foto 6 hieronder aan dit blogbericht) en liep dwars door het winkelcentrum Hoog Catharijne naar het Centraal Station waar ik de trein terug naar Leeuwarden nam.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten